Ontwikkelingen

Overheids- en publieksparticipatie speelt ook in 2017 binnen de gemeente Ede een belangrijke rol. Mede door de inzet van trainingen en instrumenten voor beter samenwerken (Factor-C) geven communicatie en participatie een meer prominente positie in het hart van het beleid en van projecten.

Binnen de publieke dienstverlening zorgen we ervoor dat inwoners en bedrijven uiterlijk in 2017 zaken met de overheid digitaal kunnen afhandelen ('Digitaal 2017') .
Door een voorgenomen wetswijziging weten we nog niet of we na 2016 precariobelasting (belasting over het gebruik van de Openbare Ruimte, bijvoorbeeld kabel en leidingen) kunnen heffen in Ede. De opbrengst van precariobelasting is in de begroting opgenomen en vormt de dekking van het Investeringsfonds.
De wijziging van het 'Besluit begroting en verantwoording' (BBV) heeft gevolgen voor de presentatie en doorbelasting van overhead en de interne toerekening van rente. Deze wijzigingen zijn in deze begroting verwerkt.

Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen?

Wat gaat het kosten?

Bedragen x €1.000

Rekening
2015

Begroting
2016

Begroting
2017

Prognose
2018

Prognose
2019

Prognose
2020

Financiële lasten per productgroep

Bestuur

9.033

N

10.587

N

5.045

N

4.925

N

4.925

N

4.925

N

Dienstverlening

4.457

N

4.482

N

2.991

N

2.821

N

2.752

N

2.782

N

Algemene Middelen

90.076

N

115.229

N

33.434

N

31.771

N

31.286

N

30.633

N

Belastingen en heffingen

2.142

N

2.113

N

1.103

N

1.056

N

1.049

N

1.049

N

Vastgoed

0

N

0

N

5.869

N

6.180

N

6.126

N

6.074

N

Totaal lasten programma

105.707

N

132.411

N

48.442

N

46.752

N

46.136

N

45.462

N

Financiële baten per productgroep

Bestuur

172

V

0

V

0

V

0

V

0

V

0

V

Dienstverlening

2.020

V

2.039

V

2.197

V

2.054

V

2.054

V

2.054

V

Algemene Middelen

256.207

V

277.558

V

171.216

V

170.740

V

172.587

V

172.195

V

Belastingen en heffingen

24.394

V

27.213

V

28.633

V

28.613

V

29.363

V

23.763

V

Vastgoed

0

V

0

V

5.599

V

5.870

V

5.885

V

5.881

V

Totaal baten programma

282.792

V

306.809

V

207.645

V

207.276

V

209.888

V

203.892

V

Saldo van baten en lasten

177.085

V

174.399

V

159.203

V

160.524

V

163.752

V

158.430

V

Storting reserve

26.878

N

7.419

N

9.067

N

9.627

N

11.007

N

7.553

N

Onttrekking reserve

23.261

V

19.985

V

13.854

V

10.478

V

8.626

V

8.907

V

Resultaat

173.468

V

186.965

V

163.990

V

161.375

V

161.372

V

159.784

V

Als gevolg van de nieuwe manier waarop overhead wordt verantwoord zijn de lasten op alle andere programma’s per saldo gedaald met € 29,9 miljoen. Dit is een verschuiving naar het beleidsproduct Algemene middelen. Deze wijze van verwerking komt voort uit nieuwe bepalingen in de boekhoudregels voor gemeenten (BBV). Voor verdere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf Bedrijfsvoering.
Cijfermatig tellen de aframingen van budgetten in de programma’s niet op tot € 29,9 miljoen. Dit komt omdat in de mutaties in de programma’s ook het effect zit van extra personeelslastenbudget behorend bij de besluitvorming uit de perspectiefnota. Het zuivere effect van de overheveling van overhead op de programma’s is groter dan gepresenteerd.

Vanaf 2017 worden alle kosten en opbrengsten van de gemeentelijke vastgoedportefeuille via één beleidsproduct Vastgoed verzameld op het programma Bestuur en Organisatie. Een (budgettair neutrale) verschuiving van lasten en baten van andere programma’s. De bedoeling is dat er uiteindelijk zoveel mogelijk met kostprijsdekkende huur wordt gewerkt. Dit betekent dat de lasten van ons vastgoedbezit worden goedgemaakt door huuropbrengsten. Om de hogere huuropbrengsten te kunnen betalen, worden de huurders veelal gecompenseerd door de gemeente met een subsidie. Op dit moment wordt nog niet voor alle panden een kostprijsdekkende huur in rekening gebracht. Bij sommige panden zijn de kosten hoger dan de opbrengsten, bij andere panden is dit weer omgekeerd. Er is voor gekozen om de onderdelen waarbij de kosten en opbrengen niet gelijk zijn, het saldo te verrekenen met het beleidsveld waarvoor het vastgoed wordt ingezet. De komende jaren wordt de systematiek van kostprijsdekkende huur verder ingevoerd, waardoor de verrekeningen met de beleidsvelden afnemen.
De totale lasten van onze vastgoedportefeuille, vóór verrekening met de beleidsvelden, bedragen circa € 12,8 miljoen. De totale baten vóór verrekening bedragen circa € 7 miljoen. De verklaring van dit grote verschil is dat er tegenover de kosten van onderwijshuisvesting (€ 3,9 miljoen) en eigen gemeentelijke huisvesting (€ 1,7 miljoen) geen opbrengsten staan.
De totale lasten en baten na verrekening bedragen respectievelijk € 5,8 miljoen en € 5,6 miljoen.

De baten uit Algemene Middelen bestaat grotendeels uit de algemene uitkering uit het gemeentefonds. De algemene uitkering, inclusief de uitkering sociaal domein, daalt. Een toelichting op de ontwikkeling van de algemene uitkering is opgenomen in hoofdstuk 3 van deze begroting.

De toename van baten op het beleidsproduct Belastingen en heffingen is te danken aan de opbrengst van het eerste volledige jaar precarioheffing. In 2016 is deze opbrengst voor een half jaar geraamd.